Home
Idioms
Top 1000 Words
Top 5000 Words


Example sentences for "het"

Lexicographically close words:
hesitations; hesna; hest; heste; hestes; hetaerae; hetaira; hetairae; hetairai; hete
  1. Maar helaas, tien Edelachtbaren zelf bleken het niet volkomen eens omtrent de kleur; de beoordeeling over het oranje of niet oranje bleef in deliberatie, het kwam niet tot een uitspraak en de pop werd inmiddels preventief gevangen gehouden.

  2. Ik zal u de rechte waarheid zeggen over uwe vriendin: Zij leeft; daar is in het graf--niets.

  3. Het was in dezen als met zijn geheele zonderlingheid, die in vele opzichten niets anders was dan het goed heenkomen zijner mislukte pogingen om met eenige gratie en goeden uitslag te handelen als andere menschen.

  4. Was het droghe, was het diep, Waest bi nachte, waest bi daghe, Ic was emmer in die laghe.

  5. Evenmin is in het rijm, de maat of de grammatiese vormen gewijzigd.

  6. Nochtan hoendi mi sent: Het was sint so verre comen Datter eenen dach af was ghenomen, Ende Reynaerd soude hebben ghedaen Sine onsculde, ende also saen Alse die heleghe waren brocht, Was hi ander-sins bedocht Ende ontfoer ons in sine veste.

  7. Doe claechden si, het was te spade, Het was te spade, ic secht hu twy; Sij die voren waren vry Sullen sonder wederkeer Sijn eyghin bliuen emmermeer, Ende leuen eewelike in vare Van den coninc hodeuare.

  8. Dat gaet miere herten na so zeere Dat het gaen sal an mine eere Ende an mijn leuen, het es recht.

  9. Ten eersten lapedic dat bloet: Het smaecte so wel, het was so goet, Dat ic dat vleesch mede ontgan.

  10. Maria das Dores, a mãe do Luiz, serviu-me de mãe a mim.

  11. Op een ochtend, toen Rozeke in de vroegte buitenkwam, scheen het haar toe of ze zich plotseling op een heel andere doening, in een soort van wonder-of-tooverland bevond.

  12. In het geheele gebouw gaat zoldering en vloer boogvormig in de zijmuren over, zoodat nergens naden of hoeken zijn, waar stofnesten gevormd kunnen worden.

  13. Het is opmerkelijk hoe weinig nog het Nederlandsche element ook in het landbouwbedrijf en de veehouderij in midden-Californië wordt waargenomen.

  14. In elke kamer staat een net ijzeren ledikant met een goed bed, witte wollen dekens, lakens en kussensloop hagelwit, en in de 1e klasse een wit, in de 2e klasse een rood en wit gestreepte sprei over het bed.

  15. Gedurende de reis naar het Zuiden nemen we altijd dezelfde volgorde in acht bij het in orde maken van het kamp.

  16. We moeten gebruik maken van het heldere weêr; bij ondervinding weten we, dat in deze streken het weêr uiterst veranderlijk is.

  17. Natuurlijk roept de diefstal het grootste lawaai in het leven, en eer Hansen erbij is kunnen komen, om de orde te herstellen, is de schuldige verdwenen.

  18. Terstond nemen we onze ski; het is dus afgeloopen met dien vermaledijden gletscher, en we zijn op het hoogste plateau.


  19. The above list will hopefully give you a few useful examples demonstrating the appropriate usage of "het" in a variety of sentences. We hope that you will now be able to make sentences using this word.
    Other words:
    heated; hot; overheated